Oostends Meldpunt Senioren in Nood

Welzijn & Sociaal contact
Oostends Meldpunt

Merk je dat er een oudere in je omgeving in een noodsituatie leeft? Dan kan je dat in Oostende melden bij het Meldpunt Senioren in Nood. In 2021 kreeg de dienst 232 meldingen binnen. Die meldingen gingen over ouderenmis(be)handeling, maar eveneens over onveiligheid, eenzaamheid en isolement. Of over alarmerende medische situaties, vermoedens van persoonlijke verwaarlozing en verwaarlozing van de woning. Het Meldpunt is er voor alle Oostendse 65-plussers.

Oostende is een vergrijsde stad. Enerzijds worden de geboren en getogen Oostendenaars er ouder, anderzijds zijn er mensen die na hun pensioen naar de badstad trekken om er te wonen. “Daardoor zitten we met een dubbele vergrijzing in de stad”, legt Tahnee Verkempinck, zorgcoach bij de stad Oostende, uit. Aangezien de badstad zoveel oudere inwoners telt, wil Oostende een goed zorgaanbod ontwikkelen voor die doelgroep. Het Meldpunt Senioren in Nood is daar een onderdeel van.

“Het Meldpunt in Oostende bestaat al 11 jaar en is in Vlaanderen nog steeds uniek”, weet Verkempinck. “Onze toenmalige directeur ouderenzorg merkte op dat er regelmatig persberichten verschenen over ouderen die dood teruggevonden werden in hun woning. Vaak waren ze al een hele tijd overleden op het moment dat ze gevonden werden. Schrijnende situaties. Om ervoor te zorgen dat Oostendse ouderen niet hetzelfde lot ondergingen, werd het Meldpunt in het leven geroepen.”

Politie heeft belangrijke signaalfunctie

Het zijn vaak niet de 65-plussers zelf die aan de alarmbel trekken, wel de omgeving van de oudere in nood. “Merkt iemand op dat er een oudere inwoner van de stad in een noodsituatie leeft, dan doet die een melding bij het Meldpunt”, legt Sandy Brutyn, verantwoordelijke van de sociale dienst Woon- en Thuiszorg, uit. “Vaak is het de wijk- of interventiepolitie die ons onrustwekkende situaties signaleert. Of een inwoner van de stad die opmerkt dat er een oudere al even niet meer uit zijn woning is gekomen. Of een buur die vindt dat er een woning in zijn appartementsblok wat onfris begint te ruiken.”

We zitten met een dubbele vergrijzing in de stad.

Ook stadsdiensten kloppen soms bij het Meldpunt aan. “Wanneer er iemand aan de balie van het stadshuis staat met een vraag, en die persoon ziet er verward of onverzorgd uit, dan geeft het stadshuis dat door aan ons. Of wanneer er iemand vaak naar het lokaal dienstencentrum ging, maar plots niet meer komt opdagen”, vertelt Brutyn. “Ook huisartsen en thuiszorgdiensten communiceren met ons wanneer ze zich zorgen maken over iemand.”

Onaangekondigde bezoekjes

Wanneer er een melding binnenkomt bij het Meldpunt, springen de medewerkers van het Meldpunt op hun fiets en gaan ze langs bij de persoon waarover ze de melding kregen. “We gaan het liefst onaangekondigd langs”, duidt Verkempinck. “Dan zien we de situatie zoals ze is. We worden eigenlijk altijd binnengelaten, de ouderen zijn vaak blij dat ze eens bezoek krijgen. Tijdens het bezoek kijken we welke noden de bewoner ervaart, en hoe we daar samen een oplossing voor kunnen vinden.”

“Soms is de woning spik en span, maar heeft de oudere een psychische nood. In andere situaties moet de woning wel dringend gereinigd worden. En soms hebben ouderen een financiële nood. We gaan dan in gesprek met mutualiteiten over premies waar ouderen eventueel recht op hebben, we schakelen samen een poetsdienst in of we verwijzen mensen door naar de juiste zorgverlener. Bij nog andere mensen is hun gezondheid in gevaar, zij moeten onmiddellijk met de ambulance worden afgevoerd. Niet elk traject gaat vlot. Soms zijn we maanden of jaren bezig om het leven van de mensen weer op de rails te krijgen.”

Meldingen kunnen echt het verschil maken

Wie een melding doet, kan dat niet anoniem doen. “We laten de kwetsbare persoon altijd weten van wie de melding komt”, knikt Brutyn. “De personen in de noodsituatie zijn zelden kwaad dat er iemand aan de alarmbel trok. Meestal zijn ze dankbaar dat er iemand met hen inzit. Dat er iemand is die zich zorgen maakt om hen.”

Tijdens het bezoek kijken we welke noden de bewoner ervaart, en hoe we daar samen een oplossing voor kunnen vinden.

De medewerkers van het Meldpunt bedanken de persoon die de melding doet ook altijd uitgebreid. “Wanneer iemand opmerkt dat er iets mis is met iemand in zijn of haar omgeving, is de melder vaak ook bezorgd. Wij laten de melder daarom altijd weten dat we langsgegaan zijn en samen voor oplossingen hebben gezorgd. We hebben beroepsgeheim, maar de melder bedanken en hem duidelijk maken dat hij iets voor de persoon in nood betekend heeft, vinden we belangrijk. Het is goed dat mensen alert zijn en de weg naar ons vinden als het nodig is. Helaas kent niet iedereen ons, zeker bij de burger willen we daarom graag nog bekender worden.”

Het is goed dat mensen alert zijn en de weg naar ons vinden als het nodig is.

Sociaal netwerk blijft cruciaal

De meldingen zijn divers, maar de meeste noodsituaties kennen wel dezelfde oorzaak. “Het gebrek aan een netwerk”, bevestigt Verkempinck. “Of de ouderen nu psychische of financiële problemen hebben, meestal loopt de situatie uit de hand omdat die persoon geen netwerk heeft die hem kan opvangen. Andere mensen hebben wel een netwerk, maar het kan gebeuren dat er door mensen uit die omgeving misbruik gemaakt wordt van de oudere. Of dat bijvoorbeeld mantelzorgers door bepaalde omstandigheden niet de juiste ondersteuning bieden aan de hulpbehoevende persoon. Sommige mantelzorgers isoleren de persoon met zorgnoden in een kleine ruimte, gewoon omdat ze ten einde raad zijn. Of ze geven hen geen of te weinig zorg en eten. Ook meldingen van zorgvolmachten die misbruikt worden, komen bij ons binnen.”

Het verschil zien tussen de schrijnende situatie waar iemand eerst in leefde, en het leven dat die persoon weer heeft opgebouwd na de juiste hulp. Dat doet deugd.

Niet voor iedereen een geschikte oplossing

De meldingen gaan vaak over mensen die tussen de 65 jaar en de 75 jaar zijn. Maar het Meldpunt kan helaas niet iedereen helpen. “Er zitten veel hiaten in het zorglandschap”, weet Brutyn. “Daardoor vallen sommige groepen tussen de mazen van het net. Sommige 65-plussers ondervinden fysiek geen enkele zorgnood, maar hebben een psychische kwetsbaarheid. Ze worden dan tijdelijk opgenomen in een psychiatrische instelling, maar moeten na een tijdje weer thuis gaan wonen. Zonder de nodige begeleiding.”

Soms moeten we harde keuzes maken. “Iemand die thuis wil blijven wonen, maar waarbij de gezondheid dat niet toelaat, raden we dan aan om te verhuizen naar een gepaste voorziening. De fysieke gezondheid gaat er dan op vooruit, maar de mentale gezondheid helaas niet. Zo’n keuzes maken is niet altijd gemakkelijk.”

“Gelukkig kunnen we de meeste ouderen opnieuw een toekomst geven”, besluit Brutyn. “En dat is ook waar we het voor doen. Het verschil zien tussen de schrijnende situatie waar iemand eerst in leefde, en het leven dat die persoon weer heeft opgebouwd na de juiste hulp. Dat doet deugd.”

Zelf een melding doen over een Oostendse oudere in een noodsituatie? Dat kan telefonisch via 059 59 13 50, per brief naar Edith Cavellstraat 15, 8400 Oostende of digitaal via www.oostende.be/meldpuntsenioreninnood.

Meldpunt Oostende
Van links naar rechts: Tahnee Verkempinck (Zorgcoach), Candice D’Hulst (Zorgcoach), Sandy Brutyn (Hoofd SDVO), Nele Vandewiele (Directeur Ouderenzorg) en Natacha Waldman (Schepen Welzijn, Zorg en Onderwijs)