“Een gezonde gemeente heeft een gezonde woon-, speel-, werken zorgomgeving. En dat voor iedere inwoner”

Welzijn & Sociaal contact
10.000 stappen – Elke stap telt

Vandaag heeft 30% van de lokale besturen (eerstelijns)psychologen in dienst waar inwoners met psychische problemen terechtkunnen. In 2016 was dat maar 8%. Dat is een van de cijfers uit de indicatorenbevraging voor Vlaamse steden en gemeenten van Gezond Leven. En niet enkel mentaal welbevinden komt aan bod, ook de thema’s voeding en beweging winnen steeds meer terrein bij lokale besturen. De Vlaamse Ouderenraad zet samen met Anke Deblock, projectmedewerker indicatorenbevraging bij Gezond Leven, de belangrijkste conclusies uit de bevraging op een rijtje.

Preventief gezondheidsbeleid

Om de vier jaar voert het Vlaams Instituut Gezond Leven vzw samen met het Vlaams Expertisecentrum Alcohol en andere Drugs (VAD) en de Lokale Gezondheidsoverleggen (Logo’s) een bevraging uit bij de Vlaamse steden en gemeenten. Die monitort het preventief gezondheidsbeleid van het lokaal bestuur. De resultaten van de laatste bevraging, die in 2020 werd afgenomen, zijn nu bekend.

Een gemeente die voortdurend zowel op fysiek, mentaal als sociaal vlak inzet op een preventief gezondheidsbeleid, is volgens Gezond Leven een gezonde gemeente. “Een gemeente kan bewoners, werknemers én bezoekers optimaal stimuleren om gezonder te leven”, licht Deblock toe. “Een gezonde gemeente heeft een gezonde woon-, speel-, werk- en zorgomgeving. Het is bovendien belangrijk dat dat gezondheidsbeleid zich focust op iedereen. Zo mogen mensen in een kwetsbare situatie niet vergeten worden. Door te werken met de UiTPAS bijvoorbeeld, zorgen lokale besturen er mee voor dat ook mensen met een kansentarief kunnen deelnemen aan activiteiten.”

Gezonde gemeente

De thema’s die in de online vragenlijst aan bod komen, zijn voeding, beweging, minder lang stilzitten, roken, mentaal welbevinden, alcohol en drugs. “Alle Vlaamse lokale besturen worden uitgenodigd om de vragenlijst in te vullen, maar ze zijn niet verplicht”, legt Deblock uit. “Bij de laatste bevraging, die plaatsvond tussen maart en juli 2020, vulde 62% de vragenlijst in.”

“Door de bevraging zien we waar steden en gemeenten sterk op inzetten, en wat er nog kan gedaan worden”, vertelt Deblock. “Waar merken we een vooruitgang als we vergelijken met vier jaar geleden, en waar zien we een achteruitgang?”

"Wanneer iemand met klachten naar de huisarts gaat, krijgt die nu vaak medicatie voorgeschreven. Maar veel klachten kunnen voorkomen worden door meer te gaan bewegen met behulp van een gediplomeerde coach."

Anke Deblock

Bewegen Op Verwijzing

Een van de thema’s die in de vragenlijst aan bod komt, is beweging. Uit de bevraging blijkt dat het project Bewegen Op Verwijzing een positieve evolutie kent in vergelijking met vier jaar geleden. “Bewegen Op Verwijzing is een samenwerking tussen huisartsen, Bewegen Op Verwijzing-coaches en een lokaal netwerk van partners”, licht Deblock toe. “Wanneer iemand met klachten naar de huisarts gaat, schrijft een huisarts nu vaak medicatie voor. Maar veel klachten, zoals slechte slaap, prediabetes, te hoge cholesterol of bloeddruk, kunnen voorkomen worden door meer te gaan bewegen met behulp van een gediplomeerde coach. De coach motiveert en maakt samen met de patiënt een beweegplan op maat. Het is dus de bedoeling dat huisartsen die patiënten veel vaker gaan doorverwijzen naar een Bewegen Op Verwijzing-coach. In 2020 gaf alvast 73% van de lokale besturen aan daar op in te zetten.”

Het STOP-principe daarentegen, kende geen verbetering. Bij dat gezonde mobiliteitsprincipe gaat de prioriteit eerst naar Stappen, dan naar Trappen, vervolgens naar Openbaar vervoer en dan pas naar Personenwagens. “Dat principe bestaat al lang, maar kende de laatste jaren geen stijging”, bevestigt Deblock. “Slechts 14% van de bevraagde steden en gemeenten stimuleert die volgorde expliciet in zijn beleid. Nochtans promoot Gezond Leven actieve verplaatsingen zoals wandelen en fietsen. Een gemeente die daarop wil inzetten, moet inwoners niet enkel informeren en sensibiliseren over actieve verplaatsingen. Ook zorgen voor bijhorende regels, zoals 30km/h-zones of een verkeersluwe kern, en veilige, effen voet- en fietspaden, zijn daarbij van belang.”

Daarbovenop is (groene) beweegruimte meer dan ooit noodzakelijk voor meer beweegkansen. Helaas is ook daar geen stijging in te zien. Dat komt door het feit dat het creëren van beweegruimtes een grote investering is. “Een park, looppiste of speelplein leg je niet zomaar aan”, knikt Deblock. “Nochtans bracht de coronacrisis de nood aan meer beweegruimte en –infrastructuur aan het licht.”

Effect van promotiecampagnes

Het merendeel van de lokale besturen informeert inwoners vandaag via het gemeente- of stadsmagazine over beweging (89%) en minder stilzitten (30%). Een kanaal dat ook ouderen makkelijk bereikt. “Maar een promotiecampagne is nog veel efficiënter”, vertelt Deblock. “Er loopt nu bijvoorbeeld een vier jaar durende campagne '10.000 stappen – Elke stap telt'. De lokale besturen motiveren hun inwoners om dagelijks 10.000 stappen te zetten. Dat doen ze aan de hand van ingrepen voor een meer beweegvriendelijke buurt, zoals signalisaties in het straatbeeld in 2021 en beweegroutes in 2022, in combinatie met online communicatie en affiches met verrassende slogans.” Bij 65-plussers is de aanbeveling 8.000 stappen per dag. Maar vooral de boodschap dat elke stap telt, is van belang.

Een belangrijk onderdeel van de campagne, is het feit dat steden en gemeenten bordjes kunnen plaatsen in straten waarop staat ‘het is slechts 300 stappen naar de kerk’ of ‘de bibliotheek is maar 10 minuten wandelen’. “Daardoor wordt er ook extra bewustzijn over beweging gecreëerd bij de inwoners”, knikt Deblock.

Aanpakken van eenzaamheidsgevoelens

Rond het thema mentaal welbevinden nemen lokale besturen de laatste jaren duidelijk meer initiatieven. “Steden en gemeenten stimuleren bijvoorbeeld de verbinding tussen inwoners en hun omgeving door sterker in te zetten op ontmoetingsplaatsen” licht Deblock toe. “Ook het aanpakken van eenzaamheidsgevoelens bij ouderen en andere kwetsbare groepen wint aan belang. Lokale besturen organiseren onder andere buddywerkingen, belrondes en huisbezoeken. Ook het stimuleren van de participatie van inwoners maakt daar deel van uit.”

In vergelijking met vier jaar geleden, voorzien zo goed als alle lokale besturen plaatsen waar inwoners vrijuit kunnen babbelen over hun mentaal welbevinden. “70% van de lokale besturen verwijst inwoners door naar Centra voor Algemeen Welzijnswerk, inloopcentra of psychologen. 58% verwijst inwoners door naar telefoonlijnen zoals TeleOnthaal, Awel of de Zelfmoordlijn. En 30% van de lokale besturen heeft zelf (eerstelijns)psychologen in dienst waar inwoners terechtkunnen, in 2016 was dat maar 8%”, knikt Deblock.

Of de coronacrisis daar voor iets tussen zit? “De vragenlijst is gelanceerd tijdens de eerste lockdown. Een moment waarop de thema’s mentaal welbevinden en eenzaamheid sterk leefden bij lokale besturen. Veel steden en gemeenten hebben daarom in de coronapandemie initiatieven opgezet. De crisis heeft dus zeker een en ander in beweging gezet. Het zal afwachten zijn of die thema’s ook op langere termijn aan belang blijven winnen.”

"Als je als stad of gemeente veel snoepautomaten op publieke plaatsen zet, geef je geen goed voorbeeld."

Anke Deblock

Lopende projecten

87% van de steden en gemeenten gaf in de vragenlijst aan hun inwoners te informeren over gezonde voeding. “Het lokaal bestuur heeft een voorbeeldfunctie als het gaat over voeding”, verklaart Deblock. “Als je als stad of gemeente veel snoepautomaten op publieke plaatsen zet, geef je bijvoorbeeld geen goed voorbeeld. Gezond Leven raadt steden en gemeenten aan om op verschillende plaatsen gratis water te voorzien en gezonde opties aan te bieden in sociale en buurtrestaurants. Steden en gemeenten kunnen ook afspraken maken met lokale kruideniers om bepaalde voeding meer in de kijker te zetten, of om begeleiding aan te bieden rond voeding. En lokale besturen kunnen samenwerken met huisartsen of voedingsdeskundigen door hen te vragen hun voedingsbeleid actief te promoten.”

Gezond Leven zet ook projecten op over de thema’s die in de indicatorenbevraging aan bod komen. “Bewegen Op Verwijzing en de vier jaren durende campagne ‘10.000 stappen-Elke stap telt’ zijn bijvoorbeeld projecten die al een tijdje lopen. En tijdens de 10-daagse van de Geestelijke Gezondheid zetten we samen met de Vlaamse Logo’s en Te Gek het belang van een goede geestelijke gezondheid mee in de kijker. Daarnaast hebben we ook een project rond sociale voedselvoorzieningen lopen, dat inzet op het introduceren van voldoende en betaalbare gezonde voeding in bijvoorbeeld sociale kruideniers, sociale restaurants en de voedselbedeling”, legt Deblock uit.

"Steden en gemeenten kunnen de cijfers gebruiken om bewustzijn rond bepaalde gezondheidsthema’s te verhogen."

Anke Deblock

De indicatorenbevraging geeft niet alleen Gezond Leven een goed zicht op waar lokale besturen op inzetten, ook lokale besturen en lokale ouderenraden kunnen er veel informatie uit halen. “Steden en gemeenten kunnen de cijfers gebruiken om bewustzijn rond bepaalde gezondheidsthema’s te verhogen”, knikt Deblock. “Een bundeling van cijfers helpt het beleid ook om beslissingen te maken rond bepaalde thema’s. Beslissingen kunnen zo onderbouwd worden, en cijfers motiveren om actie te ondernemen. Lokale ouderenraden kunnen de cijfers dan weer gebruiken om hun gemeentebestuur te wijzen op waar de grootste uitdagingen en hefbomen liggen.”

Meer informatie

De indicatorenbevraging gebeurt in opdracht van het agentschap Zorg en Gezondheid. Alle resultaten van de indicatorenbevraging vind je op de website van Gezond Leven. Je vindt er ook een volledig overzicht van alle lopende en geplande projecten.